We zijn een heel normaal gezin net als iedereen.
Iven Cudogham (45) en zijn vrouw Cynthia Ormskerk (43) hebben samen zeven kinderen: Jazz, Kik, Loïs, Pixie-Lien, Twiggy, Seven en Oos. Ze wonen samen in een appartement in hartje Amsterdam. Ik interviewde Iven over zijn gezin en zijn boek Papa! dat hij erover schreef: ‘Cynthia zou nog wel een achtste kindje willen. En eerlijk gezegd: ik ergens ook.’
Jullie hebben een groot gezin. Wisten jullie allebei van het begin al dat jullie veel kinderen wilden?
Ja, meteen. Ik was 17 toen ik Cynthia leerde kennen. Zij was 15. We woonden allebei in Zaandam en kwamen via een vriendinnetje van haar met elkaar in contact. Ik was meteen stapelgek op haar en het duurde niet lang voor we verkering hadden. Ik weet het nog zo goed: het was een donderdag in 1995, een topjaar. Ajax had alle winst gepakt en ook ik had mijn trofee binnen. We hadden die donderdag een gesprek over de toekomst en Cynthia zei: ‘ik wil zes kinderen en ik wil in het centrum van Amsterdam wonen’. Ik kom zelf uit een gezin van drie en Cynthia en haar zusje zijn met z’n tweeën. Toch schrok ik niet van haar opmerking, integendeel, ik heb zelf ook altijd een sterke kinderwens gehad. En ik dacht vooral: deze dame wil ik houden. Waarom Cynthia zo overtuigd was van een groot gezin? Haar moeder was directeur van een kraamcentrum en Cynthia werkte daar in de vakanties mee. Zij zat daar kaartenbakken door te spitten en de grote gezinnen vond zijn fascinerend. Maar goed, het moet ook allemaal maar lukken. Het zou nog 8 jaar duren. Ik was 25 toen Jazz werd geboren, Cynthia was 22.
Wat herinner je je van de zwangerschap en de bevalling van jullie oudste zoon Jazz?
De zwangerschap van Jazz ging heel goed. Hij was natuurlijk ons eerste kind en we wisten niet precies wat we konden verwachten. Ik had veel gelezen en zwangerde lekker mee. Als in: ik kwam kilo’s aan! En er waren de hormonen. Cynthia is een geweldige lieve vrouw, maar die hormonen namen tijdens de zwangerschap de overhand. Vooral de eerste twee maanden. Bij elke zwangerschap kon Cynthia me niet luchten of zien. Letterlijk en figuurlijk, haha. Ze vond dat ik niet lekker rook en ze wilde afstand. Ik verwende haar dan extra (dat doe ik nog steeds) en later lachten we erom.
Wat ik me goed herinner van het moment dat de zwangerschapstest positief was, waren twee tegengestelde emoties. De eerste was pure angst. Er groeit ineens iets dat zo pril is, zo’n wonder, het is een zo fijn in elkaar gevlochten proces, dat moet maar goed gaan. En ook is er ineens het bewustzijn dat je verantwoordelijk bent voor een nieuw leven. Iets dat er de rest van je leven zal zijn. Ik zeg weleens: kinderen zijn je achilleshiel, die angst raak je nooit helemaal kwijt. Maar daartegenover stond de tweede emotie, die van totale blijdschap. Het feit dat dit kan gebeuren, zwanger worden, enorme blijdschap om het nieuws te willen delen, en over het intieme proces dat je samen doorgaat.
En dan de bevallingen. Ik ben voor bevallingen altijd wat angstig geweest. Mijn moeder heeft een aantal miskramen gehad en vroeggeboortes die zijn overleden. Dat heeft traumatiserend gewerkt. Bij Jazz vond ik de bevalling dan ook heel spannend. Cynthia wilde graag thuis bevallen, in haar eigen habitat. Ze heeft haar eigen bevallingsritueel, dat is zo ongelofelijk mooi. Ze doet het helemaal zelf, op eigen kracht, en wil niemand om zich heen hebben. Ik kijk veel natuurfilms en herken mezelf in het gedrag van bepaalde dieren. Ik ijsbeer rond, ben in de buurt, maar sta niet aan het bed. Tot op het laatste moment. Dan kom ik er pas bij. Mijn schoonmoeder was er ook bij die eerste keer, zij heeft een achtergrond als verloskundige. Jazz is uiteindelijk geboren in het ouderlijk huis van Cynthia. We woonden zelf nog erg klein en het was prettiger de kraamtijd daar te ervaren.
Hoe meer kinderen we kregen, hoe minder bang ik werd voor de bevalling an sich. Maar je wordt naarmate je ouder wordt wel steeds bewuster van risico’s, van dingen die mis kunnen gaan. In die zin miste ik bij de bevallingen van onze laatste kinderen wel de onbevangenheid die ik had bij de eerste.
Zijn de andere zwangerschappen en bevallingen heel anders geweest?
Natuurlijk verschillen alle zwangerschappen en bevallingen van elkaar, maar grosso modo was alles redelijk hetzelfde. Cynthia heeft relatief makkelijke zwangerschappen gehad en de bevallingen zijn allemaal goed en snel gegaan. Twee keer ging het zo snel dat we de baby zelf hebben gehaald. Dat is echt heel bijzonder. Ik heb tegenwoordig ook op mijn visitekaartje staan dat ik schrijver én verloskundige ben.
Je oudste zoon is 20 en je jongste zoon is 5. Wat heb je zien veranderen in de geboortezorg in die jaren?
Wat ik heb zien veranderen is dat alles wat breder bespreekbaar is. Mensen hebben meer keus in hoe en waar ze willen bevallen. Er is een gesprek mogelijk. Het is niet meer per se ziekenhuis of per se thuis. Wij hadden gelukkig bij onze eerste al een heel goede verloskundige, een man van bijna twee meter. Die was heel duidelijk. Je moet doen wat jij prettig vindt en kijken naar hoe jij je voelt en wat je zelf wil. Ik wilde eigenlijk naar een ziekenhuis, want dan is alles dichtbij en alle zorg in de buurt, maar dat was echt uit angst gedreven. Uiteindelijk koos Cynthia, terecht, voor wat het beste bij haar paste.
Wat me ook opvalt is hoe we met de kraamtijd omgaan. Wanneer ontvang je bezoek? Ik merkte bij onszelf dat we bij de geboorte van een aantal van onze kinderen eerst met het gezin wilden cocoonen. Nog even geen visite, maar gewoon even echt samen zijn. Daar was ik me bij de eerste twee niet bewust van. Je bent zo trots en wil ze zo graag aan iedereen laten zien. Dat cocoonen zie ik steeds vaker. Ik denk dat dat een rustigere start is voor een kind, zo in zijn eigen omgeving, eigen habitat, eigen geur, eigen geluiden. Het is puur.
Er is behoorlijk wat veranderd op het gebied van het vaderverlof de afgelopen jaren. Heb je vaderschaps- of ouderverlof opgenomen na de geboorte van je kinderen? En was dat bij de laatste anders dan bij de eerste?
Bij Jazz werkte ik parttime. Toen kreeg ik twee dagen verlof. Dat was verschrikkelijk. De dagen na de geboorte zijn zo belangrijk. Dan heeft je gezin je nodig. Dat is het moment dat je je kind echt ziet, voelt, ruikt en andersom. Dan kun je bonden. Het is belachelijk als je dan maar twee dagen hebt. Als ik het me goed herinner heb ik bij Jazz meteen vakantie opgenomen. Bij mijn andere kinderen zat ik in de bevoorrechte positie dat ik zelfstandige was, dus kon mijn eigen tijd indelen en dus makkelijk vrij nemen. Ik ben er altijd geweest, bij elk kind. Dat is een luxepositie. Ik vind het een heel goede ontwikkeling dat het verlof er steeds meer uit gaat zien als in de Scandinavische landen.
Zou je nog een achtste willen
Ik zeg weleens gekscherend: mijn kinderboek Anansi is mijn achtste kind. Dat heb ik met zoveel liefde en toewijding gemaakt. Cynthia zou nog wel een achtste kindje willen. En eerlijk gezegd: ik ergens ook. Ik gaf laatst een lezing en daar was een baby bij. Het is dat ik geen eierstokken heb, maar anders waren ze gaan rammelen. Mijn hart zegt volmondig ja op nog een baby. Maar je moet ook rationeel zijn. Als mijn boeken als een speer lopen en er miljoenen euro’s binnenkomen, dan ligt niets ons in de weg. Ik ben er altijd voor de kinderen geweest en heb altijd mijn werk om het gezin heen gebouwd. Dat doe ik nog steeds. Tegelijkertijd zit ik nu lekker in de flow qua werk en ben ik lekker gas aan het geven. De jongste zit inmiddels op school, dat betekent dat ik vanaf half negen aan de slag kan. Dat hebben we 20 jaar niet gehad en voor nu is dat lekker. Daarnaast: ik heb zeven gezonde kinderen, daar ben ik zo dankbaar voor. Ik tel mijn zegeningen.
Jullie wonen met z’n allen op 100m2 in hartje Amsterdam. Dat lijkt me intens. Hoe beleef jij dat? En droom je weleens van een grotere plek op het platteland bijvoorbeeld?
Het platteland zeker niet, alleen tijdens een vakantie naar een mooie boerderij bijvoorbeeld. Weet je wat het is: we leven nu in een maatschappij waar kwantiteit leidend is. Dat hebben wij nooit gehad. Onze vorige woning was een pand van 300m2 in Zaandam, dus we zijn van groot naar veel kleiner gegaan. We zitten liever hier. Het is hier dynamisch, fijn, we zijn omringd door leuke mensen in een bruisende stad. In alle eerlijkheid: natuurlijk, als de mogelijk zich aandient om binnen deze stad iets groter te wonen, dan zal ik die mogelijkheid zeker benutten, maar het is geen must. Ik zag trouwens wel een prachtig huis hier vlakbij, maar ach, er moet ook wat te dromen zijn.
Maar je moet wel echt in harmonie leven wil je dat volhouden?
We zijn een heel normaal gezin net als iedereen. Ja, we hebben het fijn met elkaar, maar we vliegen elkaar af en toe ook in de haren. Maar we zijn wel een team en dat geven we elkaar en kinderen ook altijd mee. Zie het als een voetbalteam. Als de middenvelder niet goed staat, kan de spits niet lopen. Je moet elkaar helpen en voor elkaar rennen. Daarin verschillen we niet van andere gezinnen. Het is betrekkelijk eenvoudig bij ons. What you see is what you get. Een gezin waar humor en liefde de belangrijkste elementen zijn.
Je schreef het boek ‘Papa!’, over je gezin met zeven kinderen. Wat wil je de lezer vooral meegeven?
In Papa! beschrijf ik mijn belevenissen als vader van een gezin met zeven kinderen. Toch ga ik ervan uit dat iedere (aankomende) vader zich met mij kan identificeren. Het boek is in columnvorm geschreven. Met humor beschrijf ik hoe ik het vaderschap ervaar. Daarbij snijd ik allerhande punten aan die elke vader ooit tegenkomt. Hoe om te gaan met de dood bijvoorbeeld? Mijn schoonvader overleed en dat heeft impact op een heel gezin. Je hebt als gezin dan ook veel aan elkaar. Of je nu een, twee of zeven kinderen hebt. Kortom: Papa! is HH, zoals ik altijd zeg: herkenbaar en humoristisch. En vooral niet belerend.
Ik wil bereiken dat de lezer plezier beleeft aan mijn boek. Dat het herkenbaar is. Ik denk trouwens dat een lezer het in één ruk uitleest. Ik las het na, toen moest ik echt lachen, haha. Dat maakt het een ideaal cadeau een ander, maar ook voor jezelf.
Als er één advies is dat je aanstaande vaders mee kan geven. Wat zou dat dan zijn?
Volg je hart. Een perfecte opvoeding bestaat niet, we doen allemaal maar wat. Als je alles wat je doet met de juiste intenties doet, komt alles goed.